Daar lag ik. In het water. Tussen witte waterpolocaps en rappe zwemsters. Mijn 1e proefles handbal te water.
Maar hoe beweeg je je met de bal vooruit? Heb je ‘m in je hand, dan kun je niet zwemmen. Dan maar met je neus vooruit duwen? Flink onhandig. ‘Uhm, kan iemand vertellen hoe dit werkt?’
Een uitleg later was ik zo blij als een kind. Waarom? Ik deed een gave ontdekking. Je hoeft de bal namelijk niet aan te raken om hem vooruit te krijgen. Je houdt ‘m vlak voor je en steekt dan met een korte, felle borstcrawl je armen vlak langs de bal het water in. Doordat je je armen onderlangs terug haalt, breng je het water in beweging. En op die beweging, gaat de bal vooruit. Geniaal toch? Die wetten van de natuur ✨
Soms willen we ergens mee vooruit. Je wilt bijv. je grenzen beter aangeven. Maar zodra je jouw grenzen te pakken hebt, bevries je, voel je je onhandig of verlies je zicht op het waarom. Je kunt er flink mee stoeien. De weerstand is voelbaar.
Wat als je beweging creëert om je ‘grenzen aangeven’ heen? Sta eens stil bij waar jouw grenzen liggen. Of waarom je het lastig vindt om ze uit te spreken. Vertel mensen dichtbij erover. Hoe ervaren zij dit? En welke stijl past bij jou? Je zult zien dat, door deze beweging, je vanzelf vooruitgang boekt.
Foto credits: Benjamin Voros, Unsplash
Comments